Oprukkende natuur

Hoge fijnstraal aan de stoeprand, die in- en uitstappen en naar de stoep lopen fier overleeft.

Plantenperkje precies tussen de plekken waar de voorwielen van de twee auto’s de stoep raken.

Op het platteland mag de gifspuit nog regeren en zie je monotone akkers en grasvelden waar elke afwijkende spriet weggespoten is, in de stad krijgt de natuur in de volle breedte ruim baan. Nadat het gif stedelijk in de ban was gedaan heb ik nog wel eens milieuvriendelijke groenbestrijding gezien. Een wagentje bespoot allerlei straatgroen met stoom. Dat overleefde de plant, vertelde mij de spuiter, maar als hij een tweede keer langskwam bij het groen dat zich net weer opgericht had, dan was de stoomstoot fataal. In een eerdere column liet ik dat werk met foto’s zien. Maar ergens werkt het niet. Of de stoom niet, of de gemeente vond het te duur of, misschien gedwongen door bezuinigingen, zagen ze de noodzaak niet meer. Terugkijkend moet er tot een paar jaar geleden in de stad ontzettend veel gif gespoten zijn toen de straat nog kaal oogde. Dat er veel echte rotzooi op straat rondzwerft, is weer een andere kwestie.

Langs de stoeprand zie je precies waar auto’s schuinparkeren; groen kruipt tussen de twee voorwielen die de stoep raken omhoog. Deze zomer bij het tweewekelijkse vuilprikken samen met Han en Albert, viel me het voor het eerst op hoe het groen oprukt, niet alleen met lage plantjes maar ook met fier omhoog stekende planten. Toen ik op ons stukje van de Eerste Helmersstraat foto’s ging nemen en nauwkeuriger keek, was ik toch nog verrast zoveel groen als er te zien was.

In deze fotoreportage heb ik geprobeerd zo veel mogelijk verschillende plantensoorten te tonen. Ik ben geen bioloog en laat het determineren aan anderen over. Van de Hoge Fijnstraal in de eerste foto kreeg ik de naam toegespeeld.

Ook bij langsparkeren overleeft het groen het in- en uitparkeren.

Fietsenrekken geven aan een enorme variatie aan groen de ruimte: bomen, groen en bruin mos en onduidelijk groen.

Bruin mos

Boom groeit echt middenin het fietsenrek

Een plantenbak langs de stoep – zo boomer; binnenkort is die overgroeid door spontane natuur die de mens niet nodig heeft.

Een geveltuin aanleggen is ook achterhaald, daar zorgt de natuur zelf voor.

Zelfs vanuit de saaie metalen plantenbakken die door de gemeente waren neergezet zonder er verder voor te zorgen lijkt de natuur op te rukken. Elke plek waar een mens niet regelmatig zijn voeten neerzet wordt door oprukkend groen in gebruik genomen. Hoe gaat dit verder? Gaat er ook mos en meer groeien op plaatsen waar mensen wel lopen? Wordt Amsterdam het grootste natuurgebied van Nederland. Wordt het straks in de natte herfst glibberig op groen overwoekerde straten? Komt er zoveel protest tegen al het groen of tegen het glibberen dat de gemeente dat niet meer kan negeren? Wat dan? Een ding is zeker, gif kan niet meer.

Gijs Kalsbeek