Grof Geld.



De mannen die ik vanuit het bovenraam bekijk trekken mijn aandacht. Ik weet niet waarom, misschien omdat ze jong en toch kaal zijn, maar dat is het toch niet, kaal is hip. Ze dragen sportkleding en zijn bezweet, Ik neem aan dat ze samen hebben hardgelopen (Joggen mogen we geloof ik niet meer zeggen. Waarom niet eigenlijk.) Maar goed, dan zie ik dat een van de twee mannen een pak papiergeld zo groot als een rol closetpapier uit zijn zak haalt en dit aan de ander geeft. De andere man pakt het nonchalant en stopt het met een snelle beweging in zijn zak. Ik probeer nog een beeld te krijgen om welke bankbiljetten maar dat lukt niet meer. Wat me opvalt is het volstrekt achteloze van het gebaar, waardoor ik denk dat de twee mannen elkaar volledig vertrouwen, of een gewoonte hebben waarin zo’n overdracht normaal is. Met een joviale klap op de
schouder nemen ze afscheid. Die dag hoor ik op het nieuws dat minister Kaag het contante geld voorlopig nog in de roulatie wil houden. Dit zal de man met de opgerolde zak bankbiljetten goed doen. 

Albert