Ik denk dat ik wat we willen met het Stadsdorp en hoe ver we al op weg zijn, het beste kan duidelijk maken met vluchtig de geschiedenis langs te lopen.

Eind 2013 ontmoette ik op een Kerstborrel een kennis die me vertelde dat hij in de Pijp een Stadsdorp op aan het richten was. In een buurt op dorpse maat je organiseren rond sociale samenhang, gezelligheid, nut en zorg voor elkaar, elkaar fysiek ontmoeten, kortom participeren in je buurt. Het sprak me gelijk erg aan.

Op internet zag ik dat er toen in Amsterdam al bijna 20 stadsdorpen waren. Iedereen aan wie ik erover vertelde, was enthousiast over het idee. Ook naast het gebied waar ik woon -ik woon vlak bij het Staringplein – bleek al een Stadsdorp te bestaan, namelijk Vondelhelmersbuurt. Ik ben met die kennis van de Pijp meer in detail gaan praten en ook met Marcella Blok van Stadsdorp Vondelhelmersbuurt.

Voorjaar 2014 heb ik Enno de Tombe met ik al langer bevriend ben er bij gevraagd en zijn we samen gaan brainstormer over ons Stadsdorp. We gingen ook naar een overleg van alle Stadsdorpen dat twee keer per jaar wordt gehouden, om daar ideeën op de te doen.

Vlak voor de zomer van vorig jaar kreeg ik een reactie van Hanna Klomp die via via van mij had gehoord. Ook met haar heb ik uitgebreid gesproken. Zij gaat meer uit van een bestaande locatie, Eerste Helmersstraat 106, om die voor buurtinitiatieven beschikbaar te stellen. Dat was niet mijn insteek, ik zou eerst een groep mensen willen organiseren en dan volgt de fysieke ruimte vanzelf.

Bovendien valt de locatie in een ander Stadsdorp. We wensten elkaar succes en zouden elkaar volgen. April 2015 is o.a. door Hanna de Buurtsalon Jeltje geopend in de Eerste Helmersstraat 106.

Ook via via kreeg ik voor de zomer van 2014 contact met Wieneke van Stenis, die onze kleine initiatiefgroep kwam versterken.

Na de zomer koersten we af op twee plenaire startbijeenkomsten, de eerste op een dinsdagavond in Eerste Helmersstraat 106 en een tweede op zaterdagochtend in de speeltuinvereniging op het Cremerplein. We ontwierpen een flyer, die we huis aan huis verspreidden. Met het kopiëren begonnen overigens de eerste kosten, die we alle drie persoonlijk droegen. We dachten een gang van zaken op die bijeenkomsten uit. We ontwikkelden een eenvoudige website, waar mensen zich konden aanmelden.

Ik deed een aanvraag bij het Stadsdeel voor een startsubsidie. Nadat die eerst bij het Stadsdeel was kwijtgeraakt, kreeg ik toen ik contact zocht alsnog een afwijzing.

Op die twee bijeenkomsten kwamen elk zo’n 30 mensen in geanimeerde sfeer bijeen. Na een korte uitleg over het Stadsdorp en het beantwoorden van vragen, konden de aanwezigen op briefjes aangeven wat ze in het Stadsdorp willen inbrengen en wat ze wilden ontvangen. Daar kwamen veel ideeën uit voort. In informele sfeer bleven velen nog lang hangen en kletsen. De aanwezigen waren veelal 50+, een ervaring die ook geldt voor andere Stadsdorpen. De bijeenkomst in de speeltuinvereniging had deels het beoogde effect dat er ook jonge ouders kwamen.

Uit deze aanwezigen konden we een grotere initiatiefgroep vormen van zo’n 10 à 13 mensen. Met hen zijn we sindsdien een keer per maand bijeen geweest in een gratis ter beschikking gestelde zaal van het Conscious Hotel om te vergaderen over de start van een Stadsdorp.

Er kwam een nieuwsbrief, met aanvankelijk een kale lay-out. Er kwam een buurtborrel elke tweede donderdag van de maand in café Cremer, waar een fotograaf kwam aanwaaien die de lay-out van de nieuwsbrief kon verzorgen zodat die nu mooi oogt. Op de vergadering onlangs van de initiatiefgroep in maart 2015 kwam Ans Monde vertellen over wat de Vincentiuskerk doet waar zij al lang vrijwilliger is.

 

Recent kwamen er een logo en een affiche gereed om bij winkels en bedrijven te verspreiden voor meer bekendheid en meer belangstelling. Er is een coördinatiegroep benoemt die alles moet coördineren tussen de vergaderingen van de initiatiefgroep door, en bijvoorbeeld de agenda voor die vergadering moet opstellen. De website is aantrekkelijker gemaakt. Er wordt op gestudeerd om die interactief te maken.

We hebben contact met de jonge ondernemer die het logo gemaakt heeft die in haar kring van met name jonge ondernemers/zzp-ers reclame wil maken voor het Stadsdorp. Zij heeft ideeën om ondernemers in het Stadsdorp te integreren en denkt bijvoorbeeld een kaart te ontwikkelen waarmee Stadsdorpers korting kunnen krijgen bij ondernemers in de eigen buurt. Van haar als jonge moeder en ook al van Stadsdorper Wieneke als oma komt de idee om activiteiten voor jonge gezinnen te starten. Genoeg dynamiek dus, en een kans om via deze weg jongere mensen bij ons Stadsdorp te betrekken, wat expliciet ook een doelstelling van ons is.

Samenwerking met ondernemers binnen het Stadsdorp zou ook (financiële) ondersteuning van onze activiteiten kunnen betekenen.

We koersen nu aan op direct na de zomer een vervolgbijeenkomst voor alle Stadsdorpers te organiseren. Dat heeft te lang geduurd, we kregen ook de reactie wanneer gebeurt er weer wat.  We hadden als initiatiefgroep echter tijd nodig om elkaar te leren kennen, naar elkaar te luisteren en tot overeenstemming komen over waar we naar toe willen. En we zijn natuurlijk allemaal vrijwilligers met ook andere verplichtingen. Kortom, het gaat niet vanzelf en het kost tijd.

Voor die plenaire bijeenkomst moeten we een ruimte vinden (mogelijk de Vincentiuskerk) en een datum, moeten we een agenda voor die avond opstellen en een inhoud,  en ook weer wegen vinden om mensen op te roepen om te komen.

Tot nu toe hebben we geen formele structuur en nog geen inkomsten maar wel uitgaven, al hebben we wel van de gemeente via weer een ander loket wel een startsubsidie gekregen. We gaan nog voor de zomer de discussie aan in voorzichtige stappen of we een meer formele structuur aan het Stadsdorp willen geven. Natuurlijk willen we na al het technische geregel, ook er aan toekomen om een vorm te vinden dat Stadsdorpers groepjes vormen waarin ze samen activiteiten ondernemen. Nu al merken we hoe leuk het is als je iemand uit de initiatiefgroep of van de buurtborrel op straat tegenkomt en een “dorps” praatje kan maken. Zo hopen we ook meer sociale samenhang in de buurt te creëren.

Gijs Kalsbeek, 21-4-2015